Als er één insect is dat iedereen graag ziet, dan is het wel het lieveheersbeestje. Er bestaan eindeloos veel namen voor, en men dicht het allerlei krachten toe. Maar in de eerste plaats is het de belangrijkste natuurlijke bestrijder van bladluizen.
Lok lieveheersbeestjes naar je tuin en zorg goed voor ze, zodat ze er met plezier blijven. Als je voldoende lieveheersbeestjes hebt, merk je nauwelijks dat er af en toe bladluizen aanwezig zijn. Ze zorgen voor een natuurlijk evenwicht in je tuin!
Hieronder lees je alles over het bestrijden van bladluizen met larven van lieveheersbeestjes
Wat zijn lieveheersbeestjes?

Lieveheersbeestjes zijn insecten van de orde Coleoptera, wat kevers betekent. Kevers zijn insecten en hebben zes poten. Ze behoren tot de familie Coccinellidae, vandaar het Franse woord Coccinelle. Ze worden gekenmerkt door een ovaalachtig lichaam met ondoorzichtig dekschild en daaronder vliegvleugels. Een lieveheersbeestje heeft dus 4 vleugels: twee buitenste dekschilden en twee binnenste vliesvleugels die een effectieve vliegfunctie hebben.
Adalia bipunctata of het 2-stippelig lieveheersbeestje kopen
Bij Rootsum kan je zowel larven als volwassen Adalia bipunctata kopen. Adalia bipunctata of het 2-stippelig lieveheersbeestje is tussen 3.5 en 6 mm groot en behoort daardoor tot de kleinere inheemse soorten. Het is een algemeen verspreide soort in Europa. De larven van Adalia zijn erg populair als bladluisbestrijder omdat ze zich voeden met veel soorten bladluizen. Ze kunnen gebruikt worden op planten, heesters of laanbomen maar ook binnenshuis of in een kas.
Het 2-stippelig lieveheersbeestje eet vooral bladluizen, maar ook andere kleine insecten, zoals rupsenÂeieren en spintmijten. Net als andere bladluisetende lieveheersbeestjes kan deze soort kannibalistisch zijn: ze eten soms soortgenoten op. Vrouwtjes eten meestal geen eigen eitjes, en jonge larven laten de eitjes van hun ouders ook met rust.
Adalia bipunctata komt voor in drie hoofdvormen: één met een rood schild met twee zwarte stippen, en twee varianten met een zwart schild met twee of vier rode stippen. De zwarte vormen komen vaker voor dan de rode. Omdat mensen deze varianten vaak niet herkennen als inheems, worden ze soms verward met het Aziatisch lieveheersbeestje en helaas gedood.
Bij het 2-stippelig lieveheersbeestje bestaat ongeveer 90% van de nakomelingen uit vrouwtjes. Dat komt door bacteriën die aanwezig zijn in de voortplantingsorganen van veel vrouwtjes. Die bacteriën doden de mannelijke embryo’s, waardoor er bijna alleen vrouwelijke jongen geboren worden.

Larven van lieveheersbeestjes kopen
Bij Rootsum kan je lieveheersbeestjes larven kopen in verschillende hoeveelheden: per 50, 100, 200 of 300 stuks.
Meegeleverd in de verpakking:
- Adalia bipunctata larven tussen papier snippers
- Een handleiding
- Uitzetdoosjes te gebruiken indien rechtstreeks op blad uitzetten niet mogelijk is
Larven van lieveheersbeestjes uitzetten

De larven van lieveheersbeestjes worden geleverd in een substraat van papiersnippers in het eerste en tweede larvestadium, dus zeer klein. Op die manier blijven de larven gedurende enkele weken als larven op je planten actief. Tijdens deze periode voeden ze zich met bladluizen.
De larven kunnen het best meteen na ontvangst worden uitgezet. Als dat niet lukt, kun je ze nog 1 tot 2 dagen bewaren bij een temperatuur van 8 tot 10°C, het liefst op een licht vochtige plek. De koelkast is een goede bewaarplek, maar let erop dat deze niet te koud staat.
Rechtstreeks op het blad uitzetten
De beste keuze is om de larven rechtstreeks op de bladeren uit te zetten. Dit doe je door met je vingers de papieren snippers (die zich in het doosje bevinden samen met de larven) op te nemen en over de bladeren te verdelen. Leg de snippers zo dicht mogelijk bij de plekken waar veel bladluizen zitten.
Rechtstreeks op het blad uitzetten, kan enkel als de bladeren van de aangetaste planten voldoende groot zijn en het windstil is. IBij wind of wanneer de bladeren te klein zijn, kan je gebruik maken van de meegeleverde uitzetdoosjes.
Uitzetten in uitzetdoosjes of koffiefilterzakjes
De koffiezakjes verklein je voor de helft en hang je met een wasknijper of paperclip aan een takje/stengel, zo dicht mogelijk bij de bladluizen. Je kunt ze ook tussen de takken klemmen, bijvoorbeeld in een haag. De uitzetdoosjes kun je direct aan de takken bevestigen, liefst ook met een wasknijper om te vermijden dat de doosjes gaan waaien.
In elk papieren zakje doe je een klein aantal larven samen met wat substraat. Hoe beter je de larven verspreidt over de planten, hoe sneller ze zich over het volledige bladoppervlak verdelen en hoe sneller de bladluizen overal worden opgegeten.

Uitzetten met een penseeltje
Als je voorzichtig met het penseel over een larve strijkt, blijft deze eraan hangen en kun je haar heel precies in de buurt van bladluizen uitzetten. Dit is vooral handig voor larven die uit de papieren snippers zijn gekropen en zich aan de zijkant van het doosje bevinden.
Heb je geen penseeltje in huis, dan kun je een stevig groen blad gebruiken. Met de punt van het blad schep je het larveÂstadium van het lieveheersbeestje voorzichtig van onderaf op, zodat je het net zo gericht kunt uitzetten.
Larven van lieveheersbeestjes in een boom uitzetten

Heb je laagstam of leiboom, kan je de bijgeleverde uitzetdoosjes verspreid ophangen tussen het bladerdek in de onmiddellijke omgeving van de bladluizen. Hang de bioboxen of verkleinde koffiefilterzakjes met wasknijpers aan twijgjes vast om te voorkomen dat ze bij wind loskomen.
Voor hoge fruitbomen, laanbomen of grote oppervlakken kun je larven bestellen die geleverd worden in linnen zakjes. Je hoeft deze zakjes enkel los te knopen—de larven zitten er al in—en ze met duimspijkers of kleine nageltjes aan de stam van de bomen te bevestigen. Zo kunnen de larven vanuit het zakje zelf de boom in kruipen. Hang de linnen zakjes aan de stam net onder de vertakkingen, en dit op meerdere hoogtes.
Wanneer GEEN larven van lieveheersbeestjes uitzetten
Er zijn drie situaties waarin je beter wacht met het uitzetten van larven van lieveheersbeestjes:
Storm of hittegolf
Zet larven van lieveheersbeestjes niet uit tijdens zware regen, storm, vorst of een hittegolf. Volwassen lieveheersbeestjes overleven temperaturen tussen 13°C en 35°C, maar jonge larven kunnen niet tegen 35°C en drogen dan uit. Bij hevige regen of storm kunnen de zakjes vollopen met water, waardoor de larven verdrinken.
Mieren bij de bladluizen
Bladluizen (net als schildluizen, dopluizen en witte vlieg) scheiden honingdauw uit, een zoete stof waar mieren dol op zijn. Daardoor beschermen mieren de bladluizen tegen hun natuurlijke vijanden en schakelen ze nuttige insecten uit, zoals larven van lieveheersbeestjes of gaasvlieglarfjes. Wil je larven van lieveheersbeestjes effectief inzetten, dan moet je dus eerst de mieren elimineren.
Ingeval van bomen, hang je in maart boomlijmbanden rond de boomstammen zodat de mieren niet meer in de boom kunnen klimmen. Boomlijmbanden zijn enkel effectief als je ze hangt voor de mieren in de boom zitten.

Als je de nest weet zijn, kan je de mieren aanpakken met Mier-run . Mier-run doodt de larven in de mierennest waardoor de mieren vertrekken. Weet je de nest niet, kan je gebruik maken van ecologische mierenlokdoosjes.
Als er geen mieren meer naar de aangetaste planten komen, kan je de larven van lieveheersbeestjes uitzetten.
Insecticiden gebruikt
Wees voorzichtig met insecticiden. Achtergebleven residu kan de larven van lieveheersbeestjes doden. Neem vooraf contact met ons op als je chemische of natuurlijke bestrijdingsmiddelen hebt gebruikt. Voor erkende producten kunnen we aangeven hoe lang je moet wachten tussen de behandeling en het uitzetten van de larven. Gebruik ook geen insecticiden zodra de larven al zijn uitgezet.
Hoeveel larven van lieveheersbeestjes moet ik uitzetten?
De hoeveelheid die moet uitgezet worden is afhankelijk van 3 factoren.
De grootte van de aantasting
Indien de plant/boom vol bladluis zit en er is al veel honingdauw (de suikeruitscheiding van de bladluis) op de bladeren en grond zichtbaar, heb je heel veel larven (al dan niet in combinatie met volwassen lieveheersbeestjes) nodig om de plaag onder controle te krijgen. Bovendien hebben de larven veel meer tijd nodig om alles op te ruimen en is een tweede keer uitzetten vaak noodzakelijk. Je kan in dit geval ook kiezen voor larven van Chrysopa, deze zijn in grote hoeveelheden verkrijgbaar en eten even veel.
De bladluissoort
Sommige luizen soorten ontwikkelen zich razendsnel zoals de wollige beukenbladluis en de rode paprikaluis. In dat geval is het aangewezen om bij een beginnende aantasting direct in te grijpen met een goede dosering. Zo niet loop je het risico dat de nuttigen het niet krijgen rond gegeten.
De temperatuur van het moment
Hoe warmer het is, hoe sneller luizen hun levenscyclus kunnen voltooien. De levensduur van de larve is afhankelijk van de temperatuur en van de hoeveelheid voedsel. Niet elke larve groeit uit tot een volwassen lieveheersbeestje.
Snel resultaat
Het snelste resultaat bekom je als je ingrijpt bij een beginnende aantasting. Dan heb je niet veel larven nodig en is het probleem snel opgelost.
Lieveheersbeestjes vinden van nature de aangetaste planten op basis van de feromonen die bladluizen uitscheiden en op basis van geurstoffen die de aangetaste planten afgeven. Maar het duurt meestal wel een tijdje vooraleer de helpers komen opdagen.
Concrete richtlijnen voor het uitzetten van larven van lieveheersbeestjes
- 20 larven per m2 voor lage planten, lage rozenstruiken (tot maximum 60 cm hoog), bloemenperken of groenteplanten zoals sla, aardbeien, kolen.
- Bij klimplanten zoals kamperfoelie, leifruit en klimrozen, bereken je eerst de m2 oppervlakte (lengte x hoogte) en zet je dan 20 larven per m2 uit.
- 50 larven voor een kleine boom of struik zoals laagstam fruitbomen of kleine sierheesters.
- 20 larven per lopende meter in geval van hagen met een max. haagbreedte van 1 m en een maximum hoogte van 1.20 m. Ingeval van hogere hagen, vermenigvuldig lengte van de haag x hoogte en reken 10 larven per m2. Indien de haag breder is, verdubbel het aantal larven. Bij zware aantasting nogmaals verdubbelen.
- Bij grote bomen zoals linde, esdoorn, hoogstam fruitbomen zet je 100 larven per boom voor stammen tot 20 cm doorsnee, 250 larven bij stamdiameters tussen 20 en 50 cm en 300 larven per boom voor stammen met meer dan 50 cm doorsnee. Bij zware aantasting de hoeveelheid larven verdubbelen.
Volwassen lieveheersbeestjes kopen
Volwassen lieveheersbeestjes kunnen worden uitgezet bij een extreme bladluis- of spintplaag binnenshuis of in de kas. Ze zouden tot 5000 bladluizen kunnen eten tijdens hun levensduur.
Zet ze altijd 's avonds bij schemering uit om te vermijden dat ze gaan opvliegen. Nooit uitzetten met volle zon, de lieveheersbeestjes kunnen zich dan dood vliegen tegen het glas.
Buiten is de bestrijding met volwassen lieveheersbeestjes niet evident. Meestal gaan ze na enkele uren al vliegen en kan je alleen maar hopen dat ze eitjes hebben afgelegd, waardoor je op korte termijn larven krijgt.
Volwassen lieveheersbeestjes 's avonds in schemering uitzetten vermijdt dat ze meteen weg vliegen.
Wat lijkt op een lieveheersbeestje?
Vuurwantsen
Een vuurwants lijkt een plat lieveheersbeestje: vuurrood van kleur met zwarte stippen. Vuurwantsen hebben, net als lieveheersbeestjes, verschillende variaties in dekschilden. Ze kunnen het hele jaar worden waargenomen. Een vuurwants is totaal onschadelijk en bijt niet. Ze zijn nuttige helpers in je tuin: ze zuigen afgevallen bladeren en insecten leeg. Als vuurwantsen binnen in huis komen, kan je ze best gewoon terug buiten zetten of opzuigen met de stofzuigertechniek. (zie hieronder bij hoe lieveheersbeestjes verwijderen uit huis).

Het wilgenhaantje
Het 20-stippelig of gevlekt wilgenhaantje behoort tot de familie van de bladkevers. De kleur van het dekschild kan grijswit, geel of rood zijn waardoor deze kever heel vaak wordt verward met lieveheersbeestjes. De larven van het wilgenhaantje lijken trouwens van vorm ook op de larven van lieveheersbeestjes.
Je vindt ze vooral op loofbomen zoals berk, populier en wilgensoorten. Zowel de larven als de kevers voeden zich met bladeren en kunnen op korte tijd de hele boom leegvreten. Enkel de nerven blijven over. Dit doet zich voor in de maand juni. Meestal heeft het wilgenhaantje maar één generatie per jaar. Hoe warmer het is, hoe massaler ze voorkomen.
Het wilgenhaantje kan je niet met een bestrijdingsmiddel aanpakken gezien de bomen meestal te hoog en te omvangrijk zijn om bespoten te worden. Bovendien dood je dan ook de nuttige insecten die aanwezig zijn en die heb je juist nodig. Belangrijk is de biodiversiteit in je tuin vergroten zodat je zoveel mogelijk nuttige insecten en vogels aantrekt die de eitjes en larfjes lusten. De bomen – zeker wilgenbomen - herstellen zich redelijk snel na de vraat.

